Bouwstenen voor een goed CAPAS-dossier

Bouwstenen voor een goed CAPAS-dossier 

Aanvraag van  een afwijkende berekening referentiesituatie: een helder dossier maakt het verschil  

Wanneer de gemiddelde veebezetting in de Mestbankaangifte van het productiejaar 2021 niet  representatief is om de referentiesituatie 2021 te bepalen, is er de mogelijkheid om een afwijkende berekening aan te vragen bij de Commissie Afwijkende PAS-referentiesituatie of kortweg CAPAS. Deze aanvraag wordt elektronisch ingediend via het loket van de Commissie Afwijkende PAS-referentiesituatie. De aanvraag moet ten laatste op 30 september 2026 ingediend worden.  

In dit artikel worden enkele bouwstenen meegegeven die kunnen helpen om je dossier helder en goed onderbouwd in te dienen.  

• Een afwijkende berekeningsmethode kan worden aangevraagd wanneer er een verschil is van 7% tussen de referentiesituatie 2021 o.b.v. de standaardberekening en deze o.b.v. de afwijkende berekeningsmethode, zowel in positieve of negatieve zin. Het verschil van 7% wordt aangetoond per diersoort. 

• De aanvraag moet per diersoort afzonderlijk worden opgesteld en ingediend. Dit heeft ook als gevolg dat enkel de berekeningen voor die diersoort in de aanvraag moeten worden opgenomen.  

• Een aanvraag voor een afwijkende berekeningsmethode mag slechts één situatie (bijv. overmachtssituatie) en één reden (bijv. overlijden) bevatten. Het is dus belangrijk om je aanvraag toe te spitsen op die ene reden. Mocht de aanvraag op basis van de ingediende reden leiden tot een negatieve beslissing, dan blijft het steeds mogelijk om een nieuwe aanvraag in te dienen met een andere reden als uitgangspunt.  

• De aanvraag heeft betrekking op een afwijkende berekeningsmethode van de referentiesituatie 2021. Dit betekent dat de berekening van de PAS-referentie 2030 niet hoeft toegevoegd te worden aan de aanvraag.  

• Een overzichtsdocument met de redenering en onderbouwing van de berekening is sterk aanbevolen. Dit vergemakkelijkt de beoordeling.  

• Zorg er zeker voor dat de documenten ter onderbouwing van de berekening en de reden voor de afwijkende berekeningsmethode (ander referentiejaar of vergunde situatie) aan het dossier worden toegevoegd. Voorbeelden hiervan zijn: 

• Berekening via de PAS-referentietool (module: nieuwe aanvraag afwijkende berekeningsmethode) 

• de mestbankaangifte 2021 (enkel indien geen gebruik wordt gemaakt van de PAS-referentietool), of deze van het jaar dat gebruikt werd voor de afwijkende berekeningsmethode 

• voor melkveehouderijen: de Mestbankaangifte 2021 die herrekend werd o.b.v. de meest-recente Sanitel-gegevens of deze van het jaar die gebruikt werd voor de afwijkende berekeningsmethode  

• vergunningsbeslissing die van toepassing is in 2021,  

• vergunningsbeslissing die van toepassing is/was in nieuw referentiejaar 

• bij overname: registratie bij Agentschap Landbouw en Zeevisserij of identificatie bij VLM en naast overnameakte vergunning ook de eerdere vergunningsbeslissing.  

• bijkomende onderbouwing in geval overname van aandelen (aandelenregister, akte, enz).  

• Standaard wordt uitgegaan van een maximale hokoppervlakte van 0,35 m² per big of van een maximale hokoppervlakte van 0,8 m² per vleesvarken. Indien gerekend wordt met een grotere hokoppervlakte is het noodzakelijk om de nodige onderbouwing (vergunningenbesluit, uitvoeringsplannen of elementen uit de vergunningsaanvraag die aanleiding heeft gegeven tot de vergunde situatie) aan de aanvraag toe te voegen.  

• Ingeval een voorstel voor opsplitsing diercategorieën (vb. kraamzeugen/drachtige zeugen) wordt opgemaakt, dient dit onderbouwd te worden. Ook hier moeten de nodige onderbouwing en bewijsstukken worden toegevoegd aan de aanvraag (vergunningenbesluit, uitvoeringsplannen of elementen uit de vergunningsaanvraag die aanleiding heeft gegeven tot de vergunde situatie).  

• Tip: voor de berekening van de referentiesituatie 2021 van vleesvee hoeft de herrekende Mestbankaangifte (op basis van de meest recente Sanitel-gegevens) (verschuiving andere runderen naar zoogkoeien) NIET toegepast te worden.  

• Ingeval ‘uitbreiden in dierplaatsen’ als reden voor een afwijkende berekening van toepassing is, kan een factuur voor de opmaak van een vergunningsaanvraag (studiebureau, architect) als bewijsstuk dienen, alsook uiteraard een factuur van de investeringen (aannemer, e.d.) na datum verleende vergunning.  

• Voor de berekening van de referentiesituatie 2021 en de vergunde situatie is de tabel met emissiefactoren uit bijlage 1 van het stikstofdecreet van toepassing.  

• In het aanvraagformulier wordt gevraagd naar het jaar waarin de gebeurtenis van de afwijkende berekeningsmethode plaatsvond. In geval van uitbreiding van het aantal vergunde dierplaatsen wordt hier verwezen naar de datum van het vergunningenbesluit die de uitbreiding toestaat en dus niet het jaartal waarin de investeringen effectief zijn uitgevoerd.  

• Er komt een extra herberekening van de mestbankaangiftes van rundveebedrijven met melkvee met 2 of meerdere exploitaties die hetzelfde rundveebeslag delen. De meest recente Sanitel-gegevens worden verdeeld over de verschillende exploitaties, op basis van de verdeling van de dieraantallen zoals de landbouwer aangaf in zijn mestbankaangifte.  

• Wanneer de afwijkende berekeningsmethode uitgaat van het aantal vergunde dierplaatsen als veebezetting, dan zal getoetst worden aan de NER’s die aanwezig waren op 01/01/2024. Meer informatie over de voorwaarden en de nodige bewijsstukken kan worden teruggevonden onder https://www.vlaanderen.be/stikstof-in-vlaanderen/vergunningen-stikstof#commissie-afwijkende-pas-referentiesituatie 

We hopen dat deze bouwstenen bijdragen aan het opstellen van duidelijke en goed onderbouwde dossiers.  

2/7/2025